Verschillende oorzaken van pijn in het lichaam kunnen koliek geven. Ware koliek is koliek waarbij de oorzaak van de pijn in het maag-darmkanaal ligt. Bij valse koliek is de oorzaak van de pijn te vinden in de borst- of buikholte en niet in het maag-darmkanaal of buikvlies. Bij bijvoorbeeld spierpijn (pijn buiten de lichaamsholten) spreekt men van schijnbare koliek.
Symptomen
De verschijnselen bij koliek beginnen vaak acuut. Bij milde klachten kan het paard krabben met de voorbenen en omkijken naar de buik. Bij meer pijn wordt het dier onrustiger, gaat afwisselend staan en liggen en trappen of bijten naar de buik. Is de koliek nog heftiger dan zal het paard ook gaan rollen en blijft daarbij soms op de rug liggen. Ze kunnen zich ook plots laten vallen of gaan zitten, zoals een hond. Deze klachten zijn ook afhankelijk van het ras, het karakter en de leeftijd van het dier. Koudbloeden (Fjord) laten vaak minder klachten zien dan volbloeden (Arabier) en jongere dieren hebben meer symptomen dan oudere dieren. Je kunt aan de hand van de klachten meestal niet exact vaststellen waarom het paard koliek heeft.
Spoed
Koliek is altijd een spoedgeval, bel zo gauw mogelijk de dierenarts. In de tussentijd kun je met het dier aan de hand rustig stappen (dus niet longeren of rijden), als dat te doen is voor het dier. Maar als de koliek te heftig is en het dier bijvoorbeeld steeds wil gaan liggen, laat het dier dan met rust maar zet het wel op een plek waar het voldoende ruimte heeft om te gaan liggen, zonder zichzelf vast te rollen of te beschadigen. Een paddock of buitenbak is een minder goed idee, omdat het dier tijdens het rollen de benen door de omheining kan steken. Liever een ruime binnenbox of binnenmanege. Een dier met koliek mag niet vervoerd worden, zonder dat daar eerst een arts bij geweest is.
Oorzaak
De oorzaak van ware koliek (maag-darmstelsel) kan zeer uiteenlopend zijn; van onschuldig (krampkoliek) tot levensbedreigend (liggingsverandering). Ook kunnen gasophoping (bij teveel jong gras) en verstopping de oorzaak zijn. Meer dan 95% van de gevallen is relatief onschuldig maar in 1 tot 2% van de gevallen moet het paard voor behandeling worden doorgestuurd of geopereerd.
Onderzoek
Als de dierenarts ter plaatse komt, begint hij of zij met een grondig onderzoek. De arts kijkt naar de slijmvliezen, luistert naar het hart en de darmen en neemt, indien mogelijk, de temperatuur op. Soms wordt er bij het eerste bezoek al rectaal onderzoek gedaan of de maag gesondeerd (slang door de neus): dit hangt af van de omstandigheden en ernst van de situatie. Het sonderen van de maag is nodig, wanneer er gedacht wordt aan een maagoverlading (te volle maag).
Als er verder geen alarmbellen zijn, wordt vaak eerst een injectie gegeven met een pijnstiller en darmontspanner. Verdere adviezen (over voer bijvoorbeeld) hangen af van de situatie. Daarna moeten de klachten gauw verdwijnen en mag de koliek niet terugkomen. Komen de klachten wel terug, dan moet altijd direct weer de arts gebeld worden. Er kan dan geadviseerd worden om met het dier naar een specialistische kliniek te gaan voor verder onderzoek of behandeling.
Prognose
De vooruitzichten bij een onschuldige krampkoliek of eenvoudige verstopping zijn prima. Bijna 100% van de patiënten herstelt daarvan zonder problemen. Bij serieuze liggingsveranderingen en torsio’s hangt de overlevingskans af van meerdere factoren, zoals de ernst van de liggingsveranderingen, de plek in de darmen, leeftijd van het paard en duur van de klachten.
Kortom, koliek is altijd een spoedgeval, maar het loopt gelukkig ook heel vaak goed af.
Bron: Prof.dr.M. Sloet, specialist Inwendige Ziekten Paard Universiteitskliniek voor Paarden Utrecht
Neem contact op met De Berg